Handelsakkoord EU-Mercosur gaat volledig voorbij aan sociale rechten
Gepubliceerd op
Op 6 december 2024 heeft de Europese Commissie een vrijhandel- en investeringsakkoord gesloten met de Mercosur-landen (Brazilië, Argentinië, Paraguay en Uruguay). Over het akkoord werd 25 jaar onderhandeld.
Het akkoord moet de handel bevorderen tussen de Latijns-Amerikaanse landen enerzijds en de Europese lidstaten anderzijds. Importheffingen op verschillende goederen en ingewikkelde administratieve procedures om handel te voeren aan beide kanten vallen weg of worden fors verlaagd. De Mercosur-landen zullen stevig snoeien in de importtarieven op Europese auto’s, textiel en machines. Omgekeerd zullen ze goedkoper landbouwproducten naar ons kunnen uitvoeren.
Op het eerste gezicht zou je dan denken dat dit een goede zaak is voor werknemers en consumenten, maar niets is minder waar. Hoewel de overeenkomst nieuwe mogelijkheden biedt voor het scheppen van werkgelegenheid en samenwerking tussen Europa en Zuid-Amerika, maken we ons ernstige zorgen.
Onvoldoende sociale en ecologische garanties
Het specifieke hoofdstuk ‘Handel en duurzame ontwikkeling’ in het akkoord, dat ingaat op arbeids- en milieurechten, is veel te zwak en niet-bindend. Het voorziet niet in een controlemechanisme en sancties in geval van schendingen van de rechten van werknemers aangezien werknemers buiten het toepassingsgebied vallen. De vakbonden van de verschillende sectoren worden evenmin betrokken bij het beheer ervan.
Het ontbreken van dit bindend karakter en bijgevolg het gebrek aan de garanties voor de eerbiediging van de werknemers binnen de EU en binnen Mercosur druist in tegen de doelstelling om op internationaal niveau een gelijk speelveld tot stand te brengen. Meer zelfs, de overeenkomst kan leiden tot sociale dumping en oneerlijke concurrentie die de arbeidsomstandigheden in de EU zou verslechteren, maar ook evengoed in de landen in Latijns-Amerika zelf.
Akkoord moet verworpen worden
We hebben bindende arbeidsclausules nodig, inclusief sancties, rekening houdend met de aanbevelingen van de IAO en de rol van vakbonden bij het toezicht en de uitvoering.
We blijven dan ook aandringen dat het hoofdstuk over handel en duurzame ontwikkeling prioriteit geeft aan kwalitatieve jobs, werknemersrechten, vakbondsrechten, gendergelijkheid en milieubehoud, en dat het bindend is voor alle bepalingen in het verdrag. We hebben met de Belgische vakbonden ons standpunt eind 2024 aan voormalig minister van Buitenlandse Zaken Lahbib laten weten. Dit was slechts een eerste stap.
Het akkoord moet immers nog goedgekeurd worden door de lidstaten in de Raad en het Europees Parlement. Dit wordt voorzien tegen de zomer van 2025.
We zullen zowel de Belgische leden van de Raad als het Europees Parlement oproepen om dit akkoord tussen de EU en Mercosur-landen in zijn huidige vorm te verwerpen.
joeri.hens@abvv.be