Sociale gesprekspartners brengen unaniem advies uit over deconnectie

Deconnectie
telefoon

Gepubliceerd op

Op 5 mei 2025 hebben de sociale gesprekspartners in de Nationale Arbeidsraad (NAR) het unanieme advies nr. 2.448 uitgebracht over de evaluatie van het recht op deconnectie. Die werd ingevoerd in hoofdstuk 8 van de wet van 3 oktober 2022 houdende diverse arbeidsbepalingen. 

De  wet van 8 oktober 2022 voerde een nieuwe verplichting in voor ondernemingen die minstens 20 werknemers tewerkstellen om de modaliteiten voor de toepassing van het recht op deconnectie vast te leggen in een cao. Concreet moeten er op ondernemingsniveau of in het arbeidsreglement mechanismen worden vastgelegd voor de regulering van digitale hulpmiddelen. 

Aan deze verplichting (waaraan geen specifieke sanctie gekoppeld is) kan ook worden voldaan als er een sectorale of een interprofessionele cao werd besloten. Deze verplichting is bedoeld om ervoor te zorgen dat de rusttijden gerespecteerd worden. Bovendien moet er een evenwicht tussen werk en privéleven bestaan, gepaard met de bestrijding van psychosociale risico's (zoals burn-out).  Deze risico’s worden momenteel ondermijnd door zogenaamde "always-on"-cultuur.

Kracht bijzetten

De nieuwe artikelen hebben als doel de bestaande, niet-bindende bepalingen uit de wet van 26 maart 2018 betreffende de versterking van de economische groei en de sociale cohesie meer kracht bij te zetten.

In de praktijk hebben de betrokken ondernemingen sinds de inwerkingtreding van de nieuwe wetgeving een recht op deconnectie moeten invoeren. Daarbij moeten zij voorzien in: 

  • de praktische  afspraken die werknemers toelaten om buiten hun werkuren onbereikbaar te zijn

  •  richtlijnen voor een verantwoord gebruik van digitale hulpmiddelen, zodat rusttijden, verlof, het privéleven en het gezinsleven van werknemers gerespecteerd worden

  • vorming- en sensibiliseringsacties voor werknemers en leidinggevenden over het doordacht gebruik van digitale tools en de risico’s van overmatige (digitale) verbondenheid.

De wet voorziet in een evaluatie die tegen 30 juni 2024 door de NAR uitgevoerd moet worden. Voor de uitvoering van die opdracht kon de Raad rekenen op de steun van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg (FOD WASO), die een reeks tabellen verschafte met een overzicht van alle cao's die op sectoraal niveau werden gesloten (49 sectoren hebben een cao gesloten). De documenten in kwestie bevatten ook een aantal opmerkingen.

Bijzonderheden

Uit het advies van de NAR springen enkele vaststellingen in het oog: 

  • De NAR-leden merken op dat het recht op deconnectie voornamelijk vorm krijgt op ondernemingsniveau omdat het afhangt  van de realiteit binnen elke onderneming. Hoewel de wet ruimte biedt voor sectorale cao’s, hebben de representatieve organisaties weinig zicht op wat er effectief binnen ondernemingen werd onderhandeld. De evaluatie beperkt zich dus tot de gekende gegevens; 

  • De verplichtingen gelden voor ondernemingen met 20 of meer werknemers op 1 april 2023, maar de wet zegt niets over ondernemingen die deze drempel nadien overschrijden. De leden erkennen nu dat de verplichtingen gelden voor alle ondernemingen die deze drempel hebben bereikt, zowel voor als na de scharnierdatum; 

  • Bepaalde sectorale cao’s bevatten elementen die niet expliciet in de wetgeving zijn opgenomen, zoals bijvoorbeeld het begrip “kritieke functie” de uitsluiting van bepaalde specifieke functies of zelfs bepaalde taken. Waardoor het recht op deconnectie kan worden ondermijnd; 

  • De vormings- en sensibiliseringscomponent is soms op sectoraal niveau geïmplementeerd via opleidingsfondsen;.

De NAR besluit dat het op basis van de tabellen van FOD WASO op dit moment niet mogelijk is om een volledig en genuanceerd beeld te krijgen. De Raad vraagt daarom::

  •  een diepgaande analyse van de sectorale cao’s; 

  • een overzicht van de afspraken die op ondernemingsniveau worden gemaakt inzake deconnectie, met de vermelding dat de FOD WASO over de nodige middelen moet beschikken om die oefening te kunnen maken.

Deze nieuwe elementen moeten de sociale gesprekspartners in staat stellen om de implementatie van het recht op deconnectie  beter te evalueren en aanbevelingen en suggesties voor verbetering te formuleren.

Verbindende connectie

In een tijd waarin telewerk toeneemt, digitale tools steeds vaker ook buiten de werkuren worden gebruikt, en nieuwe vormen van arbeidsorganisatie en AI-technologieën hun intrede doen op de werkvloer, zijn concrete instrumenten nodig om ervoor te zorgen dat de arbeidstijd en rusttijden effectief worden gerespecteerd.. 

Het belang en de kracht van het recht op deconnectie zoals vastgelegd in de nieuwe wetgeving, hoewel nog onvolmaakt en vrij nieuw, ligt in de mogelijkheid om het concreet te maken d.m.v. collectieve onderhandelingen en sociaal overleg, zowel op ondernemingsniveau als op sectoraal niveau.

Het advies is hier beschikbaar. 

Auteur: hugues.ghenne@abvv.be